Stabiel of variabel pensioen
Je wilt meer weten over stabiel en variabel pensioen. Als je - naast de basispensioenregeling - hebt meegedaan met het IPB (Individueel Pensioenbeleggen) vanuit de VPL-regeling (VUT, Prepensioen en Levensloop) heb je pensioenkapitaal opgebouwd. Als je met pensioen gaat, koop je met je kapitaal een stabiel of een variabel pensioen in.
Als je met pensioen gaat kies je stabiel of variabel
Als je met pensioen gaat, koop je met je pensioenkapitaal een pensioen in. Je kunt kiezen uit twee mogelijkheden:
- je koopt een stabiel pensioen in bij ons; of
- je koopt een variabel pensioen in bij een verzekeraar.
Met de 'Keuzehulp voor stabiel of variabel pensioen' maak je de keuze die bij je past.
Ver voor je pensioen maak je een voorlopige keuze
Een stabiel en variabel pensioen vragen allebei om een andere manier van beleggen. Daarom maak je al ver voor je met pensioen gaat een voorlopige keuze. Je sorteert met je beleggingen alvast voor op een stabiel of variabel pensioen. Op het moment dat je met pensioen gaat, maak je een definitieve keuze voor een stabiel of een variabel pensioen.
Bekijk je voorlopige keuze op de website
Je hebt een tijd geleden van ons een brief ontvangen. Daarin vroegen we je om deze voorlopige keuze te maken. Als je zelf geen keuze hebt gemaakt, nemen wij aan dat je kiest voor een stabiel pensioen. Als je inlogt op de website zie je hoe je nu belegt en kun je (eventueel) je keuze aanpassen.
Niet meer bij UWV: je hoeft niets te doen
Als je niet meer bij UWV werkt, hoef je niets te doen. Toen je uit dienst ging bij UWV, is je pensioenkapitaal omgezet in ouderdomspensioen. Als je met pensioen gaat, krijg je een iedere maand een uitkering. Je krijgt dit zolang je leeft.
Verschillen stabiel en variabel pensioen
Stabiel pensioen bij ons | Variabel pensioen bij een verzekeraar |
|---|---|
Naarmate je dichterbij je pensioen komt, ga je stap voor stap minder risicovol beleggen. | Je hebt hogere beleggingsrisico’s tot je met pensioen gaat. Ook nadat je met pensioen bent gegaan blijf je beleggingsrisico lopen. |
Een stabiel pensioen biedt meer zekerheid. Je weet (in principe) welk bedrag je de rest van je leven elke maand ontvangt. | Bij een variabel pensioen weet je niet van te voren hoeveel pensioen je de rest van je leven krijgt. De verzekeraar bepaalt ieder jaar opnieuw de hoogte van je pensioen. |
Het bedrag kan alleen hoger worden als we je pensioen kunnen laten meestijgen met de prijzen. Of dat lukt, hangt af van onze financiële positie. | Zijn de beleggingsresultaten goed, dan kan de verzekeraar je pensioen waarschijnlijk verhogen. Afhankelijk van de prijsstijging en de rentestand kan het dan (deels) meestijgen met de prijzen, of zelfs meer. |
Het bedrag kan alleen lager worden wanneer wij je pensioen moeten verlagen als onze financiële positie slecht is. | De verzekeraar verlaagt je pensioen als de beleggingsresultaten tegenvallen en/of de rente laag is. |
Een stabiel pensioen levert naar verwachting een lager pensioen op dan een variabel pensioen. | Een variabel pensioen levert naar verwachting een hoger pensioen op dan een stabiel pensioen. |